Aan de noordkant van de Etna is de wereld zwart met groen. Overal zie je sporen van oude en meer recente uitbarstingen. Het is een goed toegankelijk gebied waar je uitstekend kunt wandelen zonder gids. Een mooie wandeling is die langs de zeven kraters van de Monte Sartorius in een pikzwarte omgeving.
Het zwart groene landschap rond de Monte Sartorius met in de verte de Siciliaanse oostkust. (foto Miez Peek)
De Monte Sartorius is de hoogste van 7 kleine kraters die je in één blik kunt overzien. Je komt er via de beroemde Mareneve-bergweg, populair bij fietsers, waar een slagboom voor een breed bospad de toegang naar de kraters markeert. In een kleine twee uur loop je over de kraterranden waar enkele struiken de enige beschutting bieden. Je bent hier nog op beperkte hoogte (ca. 1750m) met achter je de rokende Etnatop en voor je, bij helder weer, een uitzicht tot aan het vaste land van Italië. Rond de kraters ligt het hoogstgelegen berkenbos van Europa met soms spierwitte stammen en opvallend veel spechten die er nestelen. Je loopt hier doorheen voordat je de kraters bereikt.
Niet ver van de Monte Sartorius ligt, verscholen onder de bomen, een lavagrot waar je zelfstandig in kunt gaan. Bij het bosrestaurant Chalet Clan dei Ragazzi kun je terecht voor een Italiaanse berglunch.
Een routekaart van deze wandeling vind je hier. Startpunt is aan de weg, je kunt nog een deel naar de Monte Concazza toevoegen. De Grotta della Neve staat op de kaart aangegeven.
Op de kraterrand. (foto Miez Peek)
Kratertje… (foto Miez Peek)
